door René Dons
 
De Haagse politiek loopt schade op door het strafrechtelijke onderzoek van het OM naar de Hart voor Den Haag-raadsleden Rachid Guernaoui en Richard de Mos. De meeste andere partijen willen niet in een coalitie met Richard de Mos en consorten. Het OM verwacht pas begin volgend jaar met uitsluitsel te komen en dan zouden de twee voormalige wethouders voor de rechter kunnen komen.  

Nadat de twee informateurs Geerten Boogaard en Gert-Jan Oplaat tot de slotsom waren gekomen dat een coalitie met Hart voor Den Haag onmogelijk is, nam D66 donderdagavond in een spoedvergadering het initiatief door Joost Sneller en Annelien Bredenoord als nieuwe verkenners aan te stellen. Hiervoor was voldoende steun. Het nieuwe tweetal gaat onderzoeken wat er wel mogelijk is in het Haagse politieke landschap.
 
Uiteraard was dit tegen het zere been van Richard de Mos. Hij richtte zich in een emotionele bui op Robert van Asten van D66 en Robert Barker van de Partij voor de Dieren. Ook met burgemeester Jan van Zanen kreeg hij het even aan de stok. De Mos vond het een gotspe, een blamage dat zijn partij met liefst 30.000 stemmers wordt buiten gesloten.
 
Ook over het voortijdig uitlekken van de bevindingen van de door Hart voor Den Haag gevraagde informateurs sprak De Mos schande. Zijn uitspraken: ‘’Ik zie mijn dochter niet meer door deze zaak die mij ook financieel raakt. Mijn hele leven is verwoest en mijn naam is te grabbel gegooid’’, toonde ook de menselijke kant van De Mos.

VVD-leider Anne Mulder
 
De persoon in de kwestie kwam zelf met de motie om het OM te manen tot spoed. Tegen het advies in van burgemeester Jan van Zanen stemde de politiek leider voor zijn eigen motie. Het bezwaar van de burgervader negeerde hij. De De Mos-motie kon niet op een meerderheid rekenen. Die van VVD-leider Anne Mulder ‘Snelle rechtsgang belangrijk voor Den Haag’ haalde het wel. Hier waren de partijen unaniem voor. Hierin spreken zij hun teleurstelling en frustratie uit over de duur van het onderzoek en roepen de voorzitter van de raad, Jan van Zanen, op om dit over te brengen aan het OM.